Weekend in de Ardennen: Rust, Woud en Wijn
Tussen mistige heuvels en oude kastelen ontdekken reizigers een onverwacht culinair landschap. Kleine wijnboerderijen combineren charme met Belgische gastvrijheid.
2025-10-23 – Door Elise De Wilde
Een mistige zaterdagochtend begroet ons in het hart van de Ardennen. De lucht is fris en ruikt naar vochtige aarde en dennennaalden. Terwijl de zon aarzelend door de bomen breekt, klinkt in de verte het zachte geklater van een beek. Het is moeilijk voor te stellen dat deze stilte zich op slechts twee uur rijden van Brussel bevindt — een wereld van verschil met de stedelijke drukte.
Het dorpje Durbuy, vaak omschreven als het kleinste stadje van België, vormt ons vertrekpunt. Kasseistraatjes slingeren langs eeuwenoude huisjes en kleine cafés waar het haardvuur al brandt. Hier ontmoeten we lokale bewoners die trots vertellen over hun ambachtelijke producten, van handgemaakte chocolade tot houtgesneden kunst. Alles ademt rust, eenvoud en warmte.
Wie de heuvels intrekt, ontdekt een landschap dat voortdurend verandert. Open weides maken plaats voor dichte bossen waar herten en vossen zich schuilhouden. Wandelaars volgen oude smokkelpaden, nu gemarkeerd als natuurtrails. Onderweg hoor je het ritselen van bladeren, het gekraai van een haan in de verte en af en toe het geluid van kerkklokken uit een naburig dorp.
De Ardennen staan ook bekend om hun verrassende culinaire kant. In een kleine herberg bij La Roche-en-Ardenne serveert de chef streekgerechten met een moderne toets: stoofpotjes van wild, truffelkaas uit lokale boerderijen en uiteraard een glas volle, robijnrode wijn uit de regio. De combinatie van boslucht en Bourgondische gastvrijheid maakt elke maaltijd hier bijzonder.
In de namiddag dalen we af naar de Ourthe-vallei, waar wijnboerderijen zich verschuilen tussen de heuvels. De Belgische wijnproductie is in opmars, en kleine domeinen nodigen bezoekers uit om te proeven. De eigenaars vertellen met passie over druivensoorten die zich verrassend goed aanpassen aan het koele klimaat. Een glas witte Solaris onder een herfstzon is het bewijs dat terroir ook in België betekenis heeft.
De avond valt snel in de Ardennen. Het licht wordt goud, de temperatuur zakt en de geur van haardhout vult de lucht. In een houten chalet brandt een open vuur, en buiten hoor je enkel het zachte gefluit van een uil. Hier lijkt de tijd te vertragen — een plek waar gesprekken vanzelf dieper worden en de stilte iets geruststellends krijgt.
Een weekend in de Ardennen is meer dan een korte ontsnapping. Het is een herontdekking van ritme, natuur en eenvoud. Wie hier komt, vindt niet enkel rust in het landschap, maar ook in zichzelf. Tussen wijnranken, bossen en beekjes herinnert de Ardennen ons eraan dat schoonheid soms gewoon ligt in ademen, luisteren en niets doen.